Dutch Crane Resort

Het herstelplan – The Dutch Crane Resort – maakt het Fochteloërveen nog aantrekkelijker voor kraanvogels. Het Fochteloërveen is een Natura 2000 gebied  vanwege de aanwezigheid van levend hoogveen en bovendien het enige natuurgebied in Nederland waar kraanvogels broeden. The Dutch Crane Resort is een project waarin het Marius Tonckensfonds participeert als grondeigenaar. Samen met Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en Camping De Schuilhoeve samenwerken.
Impuls aan levend hoogveen

Levend hoogveen is uiterst zeldzaam in ons land. Van de 90.000 hectare die in 1900 nog bestond, is amper 3600 hectare over. Daardoor staan de typische planten en dieren die alleen leven in een hoogveengebied sterk onder druk. Bescherming en een impuls van de aangroei van levend hoogveen is van groot belang. Hoogveenmossen zijn volledig afhankelijk van voldoende, relatief voedselarm, regenwater. Met het herstelplan The Dutch Crane Resort verminderen we de verdroging en vermesting van 600 hectare natuurgebied. Het aantal hoogveenmossen, veenhooibeestje, heikikker, eenjarig wollegras, veenmier en tal van andere hoogveenbewoners zal daardoor toenemen en zich verspreiden.

Een nat en rustig gebied voor kraanvogels

Ook leiden deze maatregelen ertoe dat er een groter aaneengesloten nat en rustig broedgebied ontstaat. Door sloten te dempen en nieuwe petgaten te gegraven komt nieuw hoogveen tot ontwikkeling. Door verlegging van wandel- en fietspaden ontstaat er een groter aaneengesloten rustig gebied. Kraanvogels slapen nu al geregeld in de Norger Petgaten en gaan er dan wellicht ook broeden. Ook hebben de maatregelen een gunstige uitwerking voor onder meer de gevlekte witsnuitlibel (een sterk bedreigde libel) en de veenmier. Hun leefgebied is door ons project vergroot.

Nieuwe ‘naakte’ kokerjufferlarve voor de wetenschap beschreven uit Nederland
In 2012 werd, na ruim veertig jaar afwezigheid, de zeer zeldzame schietmot Holocentropus insignis in het Fochteloërveen herontdekt. Hierdoor getriggerd werd in het voorjaar van 2014 een gerichte zoekactie op touw gezet om de onbeschreven larve van deze soort te vinden. Deze aanpak bleek zeer succesvol, de gezochte kokerjufferlarve kon voor het eerst voor de wetenschap beschreven worden. Over deze vondst is door de onderzoeker, Harry Boonstra, in 2018 een publicatie uitgebracht, welke te lezen is via onderstaande link:
Het Esmeergebied als wateropvang

Het Esmeergebied kent nu nog gedeelten met natte heide en is nog steeds zo nat dat hoogveenherstel mogelijk lijkt. Hier zijn sloten en wijken gedempt, waardoor het gebied natter is geworden en de oppervlakte natte heide langzaam toeneemt. Er kan zelfs weer hoogveen ontstaan. Heikikker, eenarig wollegras, veenhooibeestje, venglazenmaker en een flink aantal andere kenmerkende soorten profiteren hiervan. De gebieden die door langdurige landbouw ongunstig zijn voor herstel van hoogveen of natte heide heeft de functie van wateropvanggebied gekregen om ten tijde van een groot wateroverschot op te kunnen vangen.

Een uitvalsbasis voor mens en natuur

In dit project is uiteraard ook gedacht aan recreatie. Waar een aantal wandel- en fietspaden zijn verdwenen om een groter rustig en veilig leefgebied voor kraanvogels te creëren, daar zijn op andere plaatsen paden gerealiseerd. We willen dat iedereen kan genieten van het nieuwe, verrijkte Fochteloërveen. Een uitgekiende zonering waarborgt de belangen van mens en natuur. Een  voorbeeld is het nieuwe uitkijkplatform aan de zuidkant van het Stallaangebied.

Larve naakte Kokerjuffer